Formatief evalueren

Formatief evalueren is een proces waarbij informatie wordt verzameld, geanalyseerd en geïnterpreteerd om het onderwijs aan te passen aan de onderwijsbehoeften van de kinderen. Het doel van formatief evalueren is het ontwikkelen van eigenaarschap en zelfsturing bij het leerproces voor en door kinderen. Formatief evalueren wordt vormgegeven door leerdoelen en succescriteria op te stellen, het denken en leren zichtbaar te maken en leeractiviteiten aan te passen. Om informatie over het leerproces te delen is het voor de leerkracht essentieel om feedback te geven, vragen te stellen en evaluatief te luisteren. Voor het implementeren van formatief evalueren in de dagelijkse onderwijspraktijk dient de leerkracht, naast de genoemde vaardigheden voor formatief evalueren, ook kennis te hebben van het verzamelen en analyseren van data, de vakdidactiek en het ontwikkelen van een formatieve leer- en toetscultuur. Om die cultuur in de klas te ontwikkelen moeten leerkrachten vorm en inhoud geven aan samenwerkend leren, het ontwikkelen van metacognitieve kennis en vaardigheden, autonomie en het geven en ontvangen van feedback. Daarbij is het van belang dat leerkrachten tijd en ruimte krijgen om gezamenlijk (evalueren van) het onderwijs te ontwerpen. Een gedeelde visie en gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aan zien van formatief evalueren binnen de school is essentieel om er in de klas mee te kunnen werken.

Leerdoelen en succescriteria opstellen

Om eigenaarschap te creëren is het goed om samen met kinderen leerdoelen op te stellen. Het leerproces is een gedeelde verantwoordelijkheid van leerkracht en kind. Als leerkracht kun je een kader schetsen van wat er te leren is, bijvoorbeeld door het gebruik van mindmaps. Daarnaast zijn er natuurlijk ook 'gesloten uitdagingen', dat zijn dingen die moeten. Wel is het essentieel om samen met de kinderen de succescriteria op te stellen om de eisen bij het leerdoel duidelijk te maken, bijvoorbeeld voor het geven van een presentatie over je onderzoek. 


Bewijs verzamelen

Het monitoren van het leerproces gaat samen met het verzamelen van 'bewijs'. Dat kan een (tussen)product zijn, maar ook een moment tijdens het werken. De kinderen kunnen met behulp van succescriteria zelf bepalen wanneer ze een leerdoelen willen bewijzen, bijvoorbeeld door een bewijswerk te maken en die te bespreken met een ander. Op een leerdoelenoverzicht, bijvoorbeeld een mindmap, kan bijgehouden worden wat er al bewezen is. Het geeft leerkracht en kinderen inzicht wat er al is bewezen en wat er nog geleerd moet worden. 


Feedback geven

Als je effectieve feedback wilt geven, dient het de kloof tussen de huidige en gewenste situatie te overbruggen. Het helpt om antwoord te geven op drie vragen: wat wil je leren? Waar sta je nu? Wat is de volgende stap? Feedback wordt tijdens het werken gegeven en is gericht op het proces en het product. Ook kinderen kunnen elkaar feedback geven, bijvoorbeeld met behulp van rubrics. Het is wel van belang om kinderen te leren hoe je feedback moet geven en wat je met de gegeven feedback kunt doen. Als kinderen gewend zijn om samen succescriteria op te stellen en bewijs van leren te verzamelen, dan zijn ze vaak goed in staat om feedback te geven en elkaar verder te helpen in het leerproces.